Na het pittige dagje gister begon mijn dag slecht.
Toen ik van de wc opstond viel ik flauw van de pijn.
Dat is extra kut want omhoog komen van de grond is vele malen zwaarder dan omhoog komen van de plee.
Een brul naar manlief moest hulp bieden, dus uiteindelijk stond ik weer op beide voeten om tot de conclusie te komen dat dat niet meer ging.
Strompelend naar mijn bed en mijn medicijnen nemen, een icepack op de voet en proberen te slapen.
Om 13.00 uur kwam ik tot de conclusie dat het echt niet meer ging. Bellen met het ziekenhuis. Terug gebeld worden. Ik mag aan het eind van het spreekuur langskomen.
In joggingbroek en met winterbirkies vertrek ik, samen met manlief die een fulltimejob heeft aan de verzorging van mij, richting het Spaarnegasthuis. Ik breng via de whatsapp kinderen en broer en zus op de hoogte.
Mijn zus reageert zoals echte zussies reageren. "Je hebt toch wel je nagels gelakt hè?" vraagt ze. Ik stuur haar een foto van mijn winterbirkies, die ik 8 jaar geleden gekocht heb toen ik 3 weken bij mijn dochter in het ziekenhuis bivakeerde.
"Oh my god, op welke boerderij ga je werken?" vroeg het kreng.
Mijn eigen reumatoloog is deze week afwezig maar door een van haar collega's word ik allerliefst opgevangen.
De conclusie: de behandeling van 2 weken geleden moet herhaald worden.
Ze overlegt nog even met mijn internist en besluit niet één maar twee injecties met prednison in mijn lijf te jassen.
Eerst is mijn knie aan de beurt. Ze haalt nog wat gele vla aka push uit mijn knie en spuit er prednison is. Daarna is mijn bil aan de beurt. Vergeleken met de knie stelt dat niks voor.
De lift naar beneden is stuk. We nemen een andere lift en komen aan de andere kant van het ziekenhuis buiten. Manlief besluit mij in de duwstoel (je weet wel, die rolstoelen in het ziekenhuis waar je €1 in moet gooien) om het ziekenhuis heen in de regen naar de andere kant te rijden, de grapjas.
Thuis val ik op de bank neer. Nu, slechts 4 uur later merk ik dat ik al weer op mijn voet kan staan.
Lang leve het wondermiddel!
Oh ja, ik ben niet uitgenodigd voor een tweede sollicitatiegesprek. Dat vind ik niet erg. Ik moet concluderen dat werken voor mij de komende maanden geen optie is. Sterker nog, ik ga mij ziek melden bij het UWV.
Werkloos zijn is namelijk hard werken op zoek naar werk. En daar heb ik even de energie niet voor.